Hoofdstuk 3 geeft per programma een overzicht van de belangrijkste inhoudelijke ontwikkelingen. In deze paragraaf vatten we deze ontwikkelingen samen op hoofdlijnen.
Waterkwaliteit
Wij werken onverminderd hard op alle mogelijke manieren aan het verbeteren van de waterkwaliteit en blijven inzetten op de trendbreuk in waterbeheer. We houden vast aan het verminderen van emissies, beïnvloeden van medeoverheden en ketenpartners en het realiseren van waternatuur.
In 2026 doen we dat onder andere door op een lager schaalniveau te sturen. We blijven naar KRW-lichamen en overig water kijken en sturen steeds meer op gemeentelijk niveau en zelfs polderniveau. Ook ontwikkelen we een bronaanpak voor andere emissies, zoals foutaansluitingen en medicijnresten. Met gemeenten maken we afspraken in de ‘Staat Van Ons Water’, bijvoorbeeld over het aanleggen van natuurvriendelijke oevers. We leggen waternatuur aan, beschermen die tegen rivierkreeften en onderhouden dit.
We bereiden ons voor op het Stroomgebied beheerplan voor de periode 2028-2033 (SGBP4) en op de landelijke uitwerking van de Europese Natuurherstelwet. Dit laatste in het kader van ons biodiversiteitsbeleid. We bereiden nieuw vaarbeleid voor met meer aandacht voor waterkwaliteit en we bekijken met de provincie mogelijke alternatieve zwemwaterlocaties.
Klimaatverandering 
Extreme neerslag is één van de effecten, die optreden door klimaatverandering. Delfland gaat in 2026 door met de verdere ontwikkeling en implementatie van de langetermijnstrategie ‘Wapenen tegen extreme neerlast’. We gaan specifieker op zoek naar geschikte locaties voor waterberging. Die zijn nodig om extreme neerslag in ons dichtbevolkte en soms laaggelegen gebied op te vangen. Daarnaast voeren we in 2026 maatregelen uit voor locaties die niet voldoen aan de omgevingswaarden voor wateroverlast.
Delfland is een dichtbevolkte regio. Er is grote druk op de beschikbare ruimte. De gevolgen van klimaatverandering maken de opgave groter en complexer. In stedelijk gebied zoeken we naar mogelijkheden om water vast te houden en te bergen (‘sponswerking’) In 2026 voeren we samen met gemeenten concrete projecten uit. Zo lossen we wateroverlastknelpunten op meerdere locaties op. Deze projecten vormen de basis voor een bredere aanpak waarmee we, samen met onze gebiedspartners, het opvangen en vasthouden van hemelwater (daar waar het valt) versterken.
Waterketen
Wij zuiveren 24 uur per dag, 7 dagen per week het afvalwater op onze AWZI’s. Dat doen we binnen de gestelde normen. Uiteraard gaan de voorbereidingen om in Vlaardingen een nieuwe AWZI (De Vergulde Hand) te realiseren door. Het gekozen voorkeursalternatief is verwerkt in de begroting.
Waterveiligheid
Een groot gedeelte van Delfland ligt onder de zeespiegel. Dijken, duinen en kades beschermen de inwoners van het gebied tegen het water. De Delflandsedijk is een van de belangrijkste waterkeringen binnen Delfland. Op dit moment voldoet 4,5 kilometer van de Delflandsedijk niet aan de norm. We willen meer inzicht krijgen in de sterkte van deze dijk. Hiervoor ontwikkelen we een nieuwe rekenmethode en doen we onderzoek naar de opbouw van de ondergrond. Op basis hiervan bepalen we in 2027 welke delen we moeten versterken en aanmelden bij het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP).
Uitvoering
Wij geven voorrang aan waterkwaliteitsonderwerpen in onze regulerings- en handhavingsketen. Waterkwaliteitsvergunningen krijgen bij actualisatie van regulering voorrang. Ook verankeren we de zorgplichtregels in de Waterschapsverordening. De verwachte landelijke aanscherping van lozingsregels nemen we zo snel mogelijk op in onze eigen regelgeving.
We versterken de weerbaarheid van onze organisatie tegen verstoringen. We zorgen dat onze calamiteitenbestrijdingsplannen actueel blijven en oefenen scenario’s. Voor alle kritieke processen stellen we een bedrijfscontinuïteitsplan op. Ook bereiden wij ons voor op de Wet Weerbaarheid Kritieke Entiteiten. Specifiek op het gebied van cyberveiligheid en privacy vertalen we de eisen van toekomstige wetgeving naar concrete maatregelen. Ook houden we kennis van cyberrisico’s bij medewerkers en bestuurders van Delfland op peil.
In onze organisatie houden wij aandacht voor veiligheid, diversiteit en innovatie. In ons werk zoeken we naar nieuwe manieren om op een veilige wijze Kunstmatige Intelligentie (AI) in te zetten.
Duurzaam evenwichtige financiën
In deze begroting en meerjarenraming laten we de financiële consequenties zien voor de uitvoering van de ambities uit het Coalitieakkoord 2023-2027 ‘Water voor mens en natuur’. Dat vormt ook het uitgangspunt van ons financieel beleid. We streven op de lange termijn naar duurzaam evenwichtige financiën: een duurzame balans tussen opgaven, kosten, opbrengsten en schuldpositie.
In de Begroting 2026 hebben we te maken met de stijging van lonen, inflatie en diverse andere financiële ontwikkelingen. Tegelijkertijd hebben we ten opzichte van de Kadernota 2026 additionele kostenverlagingen door efficiency en Nieuw voor Oud opgenomen. Hiermee dekken we deels de stijgende kosten. De overige extra kosten en reserveringen voor toekomstige investeringsopgaven dekken we via onze heffingen. De belastingen nemen toe in 2026 ten opzichte van 2025 met ongeveer 7%. Hiervan wordt ruim 1% veroorzaakt door toename areaal en ongeveer 6% door stijging heffingen.
Naast stijgende prijzen en lonen en grote uitgaven in de nabije toekomst, kijken we verder vooruit dan de periode 2027-2030. We brengen onze meerjarige financieringsbehoefte goed in kaart door te kijken naar lange termijn ontwikkelingen met impact op onze financiële huishouding.
De belangrijkste ontwikkelingen waarmee we nu al rekening houden in de meerjarenramingen zijn de hogere bijdragen aan het HWBP vanaf 2030, hogere instandhoudingskosten vóór de afloop van het PPS-contract in 2033, extra investeringen voor het ontwikkelen van grootschalige waterbergingsgebieden vanaf 2031 en investeringsopgaven vanwege de implementatie van de nieuwe strengere Europese richtlijn voor de zuivering van stedelijk afvalwater (ERSA).
De toekomstige opgaven zorgen voor een toename in onze heffingen. De extra middelen die we uit de verhoging van de heffingen ontvangen, worden gereserveerd en in de toekomst ingezet wanneer de investeringen plaatsvinden. Hiermee laten we de heffingen en de lastenprofielen meerjarig stabiel ontwikkelen.
