6. Bijlagen

6.4 Risico's Delfland

Nr.

Risico

Programma

Beschrijving

Risico-niveau

1

Wateroverlast

Waterkwantiteit

Er valt meer neerslag dan waar het systeem op berekend is, al dan niet in combinatie met falende kunstwerken (bijvoorbeeld gemalen). Dit leidt tot (lokale) overstromingen, omdat het water niet voldoende kan worden vastgehouden, geborgen of afgevoerd. De mate van overstroming hangt af van de intensiteit en duur van de extreme neerslag en de waterrobuustheid van het gebied. Klimaatverandering maakt de omvang en intensiteit van de buien groter. We bedienen ons watersysteem dan ook zo adequaat mogelijk, gebruikmakend van onder andere het neerslagprotocol (voormalen). We stimuleren het vasthouden van water in stedelijk en glastuinbouwgebied door bijvoorbeeld vasthouden in gietwaterbassins (Rainlevelr) of waterpleinen in de stad. Een aantal (boezem)gemalen kampt met achterstallig onderhoud, waaronder gemaal Parksluizen, het Schiegemaal en gemaal Schouten. Hiertoe wordt in 2025 een Lange Termijn Assetplanning opgesteld (LTAP), waarin conditiemetingen en het (groot) onderhoud aan gemalen wordt ingepland en begroot. Hiermee zet Delfland de komende jaren verder in op een beweging van correctief naar preventief onderhoud, om de risico’s van uitval van gemalen te beperken. Tot slot hebben we een goed functionerende calamiteitenorganisatie, zodat we schade bij extremen zoveel mogelijk voorkomen en beperken.

Zeer Hoog

2

Niet voldoen aan KRW-verplichtingen

Waterkwaliteit

Het niet voldoen aan de KRW-verplichtingen en daarmee niet halen van de doelen van Kaderrichtlijn Water (KRW) doelen kan ingrijpende gevolgen hebben, zowel voor Delfland als onze omgeving. Delfland heeft samen met andere overheden de verantwoordelijkheid om de KRW-doelen te halen en daarmee voor een goede waterkwaliteit te zorgen. De KRW kent een dubbele doelstelling, namelijk een verbetereis voor chemie en ecologie, en een achteruitgangsverbod voor de waterkwaliteit. Dit betreft een gezamenlijke resultaatsverplichting met andere overheden. Daarnaast vereist de KRW dat de afgesproken SGBP3-maatregelen uitvoering krijgen en dat zolang KRW-doelen niet gehaald zijn/worden, er sturing komt op maximale verbetering. Delfland loopt (net als andere overheden) verschillende risico's indien blijkt dat Delfland onvoldoende zijn verantwoordelijkheid heeft genomen en bevoegdheden heeft ingezet om de KRW-doelen te bereiken. Hierbij staat centraal of Delfland zich voldoende inspant om de KRW-doelen te halen, en keuzes kan verantwoorden.

Zeer Hoog

3

Dijkdoorbraak primaire waterkering

Waterveiligheid

Als gevolg van het aanvaren van een schutsluis (traject 14-2) of het inzakken van het voorland (traject 14-3 en traject 14-4) kan een overstroming optreden met als gevolg dodelijke slachtoffers en grote financiële schade. Van traject 14-2 zijn er ook delen in het beheergebied van Schieland die nog niet voldoende sterk zijn.
Sinds 2017 staan de nieuwe normen voor de primaire waterkeringen in de Waterwet. In de periode 2017-2022 heeft Delfland de waterkeringen beoordeeld aan deze nieuwe (strengere) normen. Nog niet alle trajecten voldoen hieraan. Trajecten die niet voldoen worden versterkt en voor 90% gefinancierd vanuit het HWBP (samenwerking Rijkswaterstaat en de waterschappen). Ook als de waterkeringen wel voldoen aan de norm is er altijd nog een restrisico. Op de (midden)lange termijn is zeespiegelstijging als gevolg van klimaatontwikkelingen een extra bedreiging.

Hoog

4

Dijkdoorbraak regionale waterkeringen

Waterveiligheid

Een dijkdoorbraak van een regionale kering leidt tot schade in de polder en schade in het boezemsysteem. De kans op dodelijke slachtoffers is uitermate klein. Om het risico van een dijkdoorbraak te beperken zijn alle regionale waterkeringen voorzien van een norm. Hoe groter de gevolgen van een dijkdoorbraak, hoe strenger de norm. Delfland heeft in de periode 2017-2024 regionale keringen voor de tweede keer getoetst aan de norm. Bij deze tweede toetsronde zijn de grondlichamen, waterkerende kunstwerken en "niet-waterkerende objecten" (NWO's) getoetst. Uit de toetsing blijkt dat 96,9 kilometer regionale kering en 38 waterkerende kunstwerken niet hoog of stabiel genoeg zijn om de vereiste veiligheid te bieden. Om deze keringen en kunstwerken op orde te brengen nemen we ze op in het uitvoeringsprogramma. De NWO’s zijn beoordeeld op de mate van risico voor de waterkering. Bij het overgrote deel van de NWO’s is er geen risico voor de waterveiligheid. Onze inschatting als beheerder van de waterkering is dat dit risico over het algemeen (zeer) klein is.
Voor de NWO’s die mogelijk een risico vormen voor de waterveiligheid volgt Delfland twee sporen:
1. Bij het verbeteren keringen, opgenomen in het uitvoeringsprogramma, verwijderen we de NWO's die mogelijk een risico vormen of we nemen passende maatregelen het risico op een aanvaardbaar niveau te brengen.
2. Voor NWO's op of in keringen die niet in het uitvoeringsprogramma staan beoordelen we welke een onacceptabel risico vormen en welke maatregelen daarvoor nodig zijn.
Verder heeft de VV van Delfland in februari 2023 de Langetermijnstrategie wateroverlast "Wapenen tegen extreme neerslag" vastgesteld.

Hoog

5

Lokale verontreiniging watergang door incident

Waterkwaliteit

Bij een groot incident in de omgeving kan een grote hoeveelheid vuil water ontstaan, dat het waterschap moet opruimen. Dit kan afhankelijk van de aard vervuiling zeer duur worden.
We hebben een professionele calamiteitenorganisatie waarbij we snel en adequaat handelen. De werkwijze wordt continu geëvalueerd en zo nodig aangepast. Bij een incident isoleren en verwijderen we als noodmaatregel de lokale verontreiniging. Ook zorgen we er bij incidenten voor dat ingelanden op de hoogte zijn via de reguliere communicatiekanalen en sociale media.

Hoog

6

Ongeval tijdens werkzaamheden

Organisatie en bedrijfsvoering

Tijdens het uitvoeren van werkzaamheden kan door het verlies van controle over de situatie een arbeidsongeval plaatsvinden.
Eind 2024 is Delfland op niveau 3 op de veiligheidscultuurladder gecertificeerd. Toch is het huidige risiconiveau hoog, omdat op dit moment veel afhangt van de individuele kwaliteiten en het kennis- en ervaringsniveau van medewerkers. De geplande barrières/maatregelen zijn vrijwel allemaal bedoeld om veilig en gezond werken te borgen in het werkproces waardoor veiligheid minder afhankelijk is van het individu en vroeg in het werkproces geborgd.

Hoog

7

Vertrouwelijkheid en integriteit van IV

Organisatie en bedrijfsvoering

Inbreuk op ICT-systemen of kritieke ICT-infrastructuurcomponenten waardoor Delfland de vertrouwelijkheid en/of integriteit van data en informatie niet kan waarborgen. Bij vertrouwelijkheid is sprake van het lekken van vertrouwelijke informatie, zoals persoonsgegevens (datalek) of financiële gegevens en andere bedrijfsvoeringsgegevens. Bij integriteit was het mogelijk om data aan te passen (juistheid van data in het geding), wat kan leiden tot schade in bijvoorbeeld ICT-systemen en in datarecords.
Een van de maatregelen die we hebben genomen om dit risico te mitigeren is de netwerksegmentatie (d.w.z. scheiding van de Procesautomatisering- en Kantoorautomatiseringsnetwerken). Ook hebben we het Project IAM (Identity & Access Management) opgestart.

Hoog

8

Explosieve groei blauwalg en kroos

Waterkwaliteit

Explosieve groei van blauwalg en kroos en stankoverlast, door permanent hoge concentraties nutriënten in het water.

Hoog

9

Verleggen persleidingen op aangeven derden

Waterketen

Bij herontwikkeling is een nieuw tracé van een transportleiding vaak wenselijk. Dit gebeurt geregeld, omdat het ruimtegebruik in ons beheergebied vrij intensief is. Kruisende infra of gebiedsontwikkeling is hierbij een mogelijk conflictpunt. Vanwege de afmetingen van de systemen, nemen ook de bijbehorende kosten toe.
Delfland is doorgaans wel (economisch) eigenaar van een transportleiding, maar juridisch ligt deze in grond van derden. De juridische bescherming is (doordat in het verleden de leidingen door anderen zijn aangelegd óf omdat in openbaar gebied geen zakelijk-recht kan worden verkregen) vaak zeer beperkt.
STOWA en Rioned zijn in 2024 een proces opgestart voor een gezamenlijke werkwijze van alle waterschappen met betrekking tot het werken in de buurt van transportleidingen.

Hoog

10

Fluctuatie dienstverlening vergoeding PPS

Waterketen

In de dienstverleningsvergoeding is een prijsstijging afgesproken van gemiddeld (over 30 jaar) 2,4%. Een risico ten opzichte van de begroting is, dat de dienstverleningsvergoeding wordt gebaseerd op de indices van januari in het lopende jaar. Ten tijde van de begroting zijn deze indices nog niet bekend. Doordat gebleken is dat dit niet de realiteit is afgelopen jaren, maken we ten tijde van de begroting een memo met uitwerking van een aantal scenario's. Het DT besluit welk scenario in de begroting komt. De vergoeding wordt jaarlijks aangepast op basis van de werkelijke indices zoals het CBS heeft bepaald.

Hoog

11

Functionele mismatch van installaties

Waterketen

Door diverse oorzaken (verandering omgeving, ontwerpfouten, uitvoeringsfouten, bovenmatige slijtage) kan een installatie niet meer aan de prestatie-eisen voldoen. Dit kan aanleiding zijn voor een compleet herontwerp van de installatie. Dit geeft hoge kosten. Concreet voorbeeld voor dit risico is rioolgemaal (RG) Morsestraat met bijhorende persleiding. De huidige Morsestraatleiding en RG Morsestraat in Den Haag zijn in operationeel beheer en onderhoud van Delfluent Services BV (DSBV) middels DBFO- contract. Vanwege een aantal restpunten kon Delfland in 2015 het gemaal nog niet aan Delfluent overdragen. Sinds de ombouw van het rioolgemaal Morsestraat in 2013 blijft ook de leiding vanwege het bouwjaar heel kwetsbaar en werkt het RG niet optimaal vanwege de DWA die lager is dan contractueel vastgelegd. Als de Morsestraatleiding klapt, geeft dit de nodige commotie en economische schade. Delfland is namelijk deels risicodrager omdat Delfland niet heeft ingestemd met een door DSBV gevraagde aanpassing. Na een aantal jaren van voorbereiding en studie heeft RHDV op 12 mei 2023 een aanbieding gedaan voor een projectvoorstel om gemaal Morsestraat en de persleiding naar Houtrust grondig te renoveren. De manier hoe dit uit te voeren is nog in discussie. Aandachtspunt is vooral de redundantie die er nu heel beperkt aanwezig is. We werken er momenteel aan om het RG Morsestraat aan DSBV over te dragen. Hierdoor kan dan beter naar een integrale oplossing gekeken worden omdat dan zowel het RG als ook de leiding onder beheer van DSBV valt.

Hoog

12

Onvoldoende zoet water beschikbaar door droogte

Waterkwantiteit, Waterkwaliteit

Door extreme droogte/hoge verdamping en lage rivierafvoeren is er te weinig zoetwater beschikbaar om de functies in het gebied goed altijd te kunnen faciliteren. Als de watervraag groter is dan de hoeveelheid zoetwater die kan komen vanuit het Brielse Meer en de Klimaatbestendige Wateraanvoer (KWA) ontstaat er een tekort aan zoetwater. Om de stabiliteit van droogtegevoelige keringen te waarborgen moet het oppervlaktewater op peil blijven, desnoods met verzilt water. Indien dit laatste het geval is kan dit tot (ecologische) schade leiden bij (onderwater)natuur, landbouw, glastuinbouw en gemeentelijk groen. Onduidelijk en onzeker is wat verzilt water voor invloed heeft op funderingen en kunstwerken; dit is mede afhankelijk van mate van verzilting. Bij schutbeperkingen/sluiten van sluizen ontstaat schade bij recreatievaart, beroepsvaart en watergebonden bedrijven. Een eventueel onttrekkingsverbod kan leiden tot schade bij ondermeer land-en tuinbouw, gemeentelijk groen en sportvelden.
Delfland werkt aan de herijking van de zoetwaterstrategie. Het hoofddoel voor de strategie is om de regio Delfland in 2050 weerbaar te hebben tegen een zoetwatertekort. De exacte strategie moet nog worden vastgesteld, naar verwachting gebeurt dit in de tweede helft van 2025. Vooralsnog is de ingezette lijn om de regionale watervraag te beperken terwijl we de watervoorziening op orde houden voor de wettelijke kerntaken van Delfland.

Hoog

13

Microverontreiningen bij bagger/grondwerken

Waterveiligheid, Waterkwantiteit

Ten behoeve van doorstroomprofiel en daarmee de garantie dat Delfland het water binnen haar beheergebied kan afvoeren vindt baggeren plaats in het gebied van Delfland. Het risico bestaat dat we bij baggerwerkzaamheden microverontreinigingen aantreffen in baggerspecie. Mircroverontreiningen (zoals PFAS) komen terecht in watergangen door lozingen van derden.
Om dit risico te beperken doen we vooronderzoek naar aanwezigheid van genormeerde stoffen in de bagger. Indien nodig voeren we baggerspecie af als verontreinigde grond. Ook onderzoeken we of we eigen baggerdepots in beheer willen nemen om de afzetmogelijkheden te vergroten. Hiermee proberen we te voorkomen dat we een baggerstop moeten afkondigen bij een nieuw ontdekte stof (niet genormeerde stoffen).

Hoog

14

Beschikbaarheid IV

Organisatie en bedrijfsvoering

Niet beschikbaar zijn (uitval) van ICT-systemen of kritieke ICT-infrastructuurcomponenten waardoor primaire en secundaire (ondersteunende) processen niet of slechts deels functioneren.
Er zijn verschillende trends die invloed hebben op het risiconiveau:
•Toename van de hoeveelheid apparatuur dat connectiviteit heeft met internet (IoT) of het Delfland-netwerk, waardoor het aanvalsoppervlak groeit;
•Toename van verwevenheid van ICT als onderdeel van de procesautomatisering en kernactiviteiten van Delfland. Afhankelijkheid van ICT neemt onverminderd toe.
•Toename van cybercriminaliteit wereldwijd, in het bijzonder aanvallen met gijzelsoftware;
•Achterstallig onderhoud aan de ICT-voorzieningen van Delfland dat we met terugwerkende kracht op projectbasis moeten rectificeren.
Vanuit ICT worden maatregelen getroffen om de trends en risico’s die hieruit voortkomen te signaleren. Het risicoregister en de benodigde tegenmaatregelen zijn meegewogen in het ICT-jaarplan, hierdoor staan verschillende projecten op de projectkalender van ICT. Vanuit het project Basis IV op Orde hebben we meerdere processen beschreven die zorgen voor meer standaardisatie en beheersbaarheid in de ICT-omgeving. Dit komt uiteindelijk ook de beschikbaarheid ten goede. Momenteel belegt Delfland rollen en verantwoordelijkheden in de IV-organisatie om de procesbesturing op lange termijn te verankeren in de organisatie. Het belang van inzicht in de rol die ketenpartners spelen bij het ondersteunen van Delflandse processen, welke afspraken er zijn gemaakt tussen Delfland en deze partners en hoe Delfland actief aan leveranciersmanagement doet, staat nog in de kinderschoenen. Wel waarneembaar is dat vanuit verschillende invalshoeken (risicomanagement, BCM, leveranciersmanagement) het besef groeit dat we kritisch naar ketenpartners moeten kijken.

Hoog

15

Veroudering zuiveringsinstallaties

Waterketen

De AWZI's van Delfland zijn inmiddels van een zekere leeftijd. Hierdoor zijn meerdere deelinstallaties aan vervanging toe. Door de samenhang en complexiteit is dit een uitdaging. Tot vervanging is gerealiseerd, neemt de kans op uitval toe. Belastingen van de zuiveringen nemen door groei toe, anderzijds verouderen de zuiveringen op meerdere manieren. Daarbij nemen de eisen en ambities toe. De mogelijkheden van de huidige zuiveringen bepalen we aan de hand van de eisen en wensen. Uitvraag systeemanalyse loopt, eind 2025 ronden we fase 1 af. Dan bekijken we of de systeemanalyse voldoende gevorderd is en de gewenste inzichten brengt om dit risico af te schalen. Belangrijk is om tijdig in te blijven spelen als dreigt dat installaties niet meer hun prestaties behalen. Als voorbeeld is de inzet van een zandfilter op DGL, zodat we deze AWZI ontlasten.

Hoog

16

Microverontreinigingen in oppervlaktewater

Waterkwaliteit

Het aantreffen van een sterke verontreiniging van Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) of een niet-genormeerde stof in water of waterbodem die (mogelijk) een negatief effect heeft op mens en milieu.
We zijn als Delfland afhankelijk van landelijk beleid/landelijke normen op ZZS. Die zijn er voor heel veel stoffen niet. Wij moeten een interne afweging maken hoe zelf om te gaan met ZZS en opkomende stoffen. Hiertoe leggen we ambitieniveaus voor. Aan de hand van het gekozen niveau ontwikkelen we het beleids- en handelingskader verder.
Enkele voorbeelden van te maken keuzes hierin:
•De ZZS-lijst is lang en alle stoffen meten is niet realistisch. Dus moeten we kiezen welke stoffen we preventief meten en welke niet.
•Delfland moet keuzes maken omtrent hoe we als Delfland omgaan met mogelijk gevaarlijke stoffen waar nog geen normeringen voor zijn.
•Hoe gaan we onze Zorgplicht invullen ten aanzien van opkomende stoffen?

Hoog

17

Assets AHR onvoldoende kwaliteit bij einde PPS contract

Waterketen

In 2033 eindigt het PPS-prestatiecontract met Delfluent. Hierin staat dat Delfluent de assets per 5 december 2033 contractueel aan Delfland overdraagt. Daarbij staat in het contract dat er uiterlijk in januari 2029 een Final Maintenance Plan is en dat alle installaties tot 2038 geen groot onderhoud (Major Overhaul) nodig hebben. Alle assets moet Delfluent terugleveren in een conditie minimaal vergelijkbaar met de oplevering in 2003. Hierbij is de wijze van aantonen echter nog onduidelijk. Het risico is dus dat Delfland assets terugkrijgt die niet het gewenste niveau hebben en dat we veel moeten investeren. Dit risico heeft een negatief effect op het doel: fysieke toestand zuiveringstechnische werken blijft behouden en /zuiveringsproces zuivering werkt optimaal.

Hoog

18

Geen afvoermogelijkheid HNP

Waterketen

De AWZI Harnaschpolder ligt in een polder. De afvoer van effluent gaat met een effluentgemaal en twee transportleidingen om het effluent naar zee te brengen. Op het terrein van Houtrust lopen de effluentleidingen over enkele honderden meters direct naast elkaar. Indien de afvoer gestremd wordt (door brand in het effluentgemaal, een persleidingbreuk of uitval van de wisselput) is er geen alternatieve afvoer (nooduitlaat), met grootschalige overstorten tot gevolg. Het niet kunnen afvoeren van het effluent van Harnaschpolder kan leiden tot een stremming in de aanvoer. Onder DWA-omstandigheden leidt dit binnen 8 uur tot een belasting van het watersysteem met over een groot gebied (Haaglanden) een belasting van 10.000 m3 per uur. Onder neerslagomstandigheden neemt dat toe tot 35.000 m3 per uur. Dit betreft ongezuiverd water dat vrijkomt in stedelijk gebied, wat de leefomgeving en waterkwaliteit direct negatief beïnvloedt en de volksgezondheid op de langere termijn. Er is nu zicht op een maatregel die het risicoprofiel kan verlagen, namelijk het hergebruik van dit water. We zoeken nu uit of dit voor alle seizoenen haalbaar is.

Hoog

19

Pandemie

Organisatie en Bedrijfsvoering

Door pandemie kunnen medewerkers ziek worden met mogelijk gevolg voor continuïteit van primaire processen (onderdeel risico Continuïteit organisatie, ID4)
Landelijke lockdown-maatregelen beperken dit gevaar, maar hebben bijeffecten:
•Verlies productiviteit/effectiviteit/efficiëntie
•Schade aan economie leidt tot minder belastinginkomsten
•Thuiswerken kan op termijn schadelijk zijn voor geestelijke en lichamelijke gezondheid.
We hebben een nieuw beheersplan uitval personeel in concept opgesteld, maar die is nog niet gereed. Dit wordt onderdeel van bedrijfscontinuïteitsmanagement. Verwachting is dat dit begin 2026 gereed is.

Medium

20

Waterzuivering Vergulde Hand is in 2030 niet operationeel

Waterketen

De Vergulde Hand is in 2030 niet operationeel. Dit heeft zowel een impact op de bestaande zuivering DGL, als op de doorlooptijd en kosten van het project WVH.
Voor het project is een duidelijke planning en momenteel werken we aan de uitwerking van het voorlopige ontwerp. Marktconsultatie met betrekking tot de contract- en aanbestedingsvormen voor het project zijn afgerond, er is brede waardering in de markt voor de voorgestelde samenwerking voor de ontwerp en realisatiefase in één contract voor het gehele werk middels een COST+ of Alliantie-contract. Eind 2024 heeft Tennet netcongestie in het werkgebied afgekondigd. Hier zijn verschillende beheersmaatregelen op ingezet/versneld genomen. Gezien de strakke/ambitieuze planning is de kans dat 2030 niet wordt gehaald reëel. Over het geheel nam deze kans het afgelopen semester echter niet. Richting het einde van de planfase kunnen we meer zeggen over de kans van optreden.

Medium

Deze pagina is gebouwd op 11/28/2025 11:34:08 met de export van 11/28/2025 10:55:22