Inleiding
De kaders voor het treasurybeleid van Delfland komen voort uit de Wet Financiering decentrale overheden (Wet Fido), Wet Hof (houdbare overheidsfinanciën), Ufdo (Uitvoeringsregeling Financiering Decentrale overheden), Ruddo (Regeling uitzetting derivaten decentrale overheden), de Verordening beleids- en verantwoordingsfunctie (exclusief artikel 108 Waterschapswet), het Waterschapsbesluit en het Treasurystatuut Delfland. In dit hoofdstuk gaan we in op de financieringsactiviteiten van Delfland in relatie tot bovengenoemde kaders.
Risicobeheer
Kasgeldlimiet
Voor waterschappen is de wettelijk vastgestelde kasgeldlimiet (Wet Fido) 23% van het begrotingstotaal. Deze limiet begrenst de maximale netto korte schuld. Voor 2026 betekent dit een kasgeldlimiet van € 76,0 miljoen (23% van € 330,2 miljoen).
Delfland heeft momenteel een positief saldo bij de schatkist. De verwachting is dat het saldo de komende periode zal afnemen als gevolg van de investeringen. Mede door het aangaan van nieuwe leningen blijft de netto korte schuld binnen de kasgeldlimiet.
Renterisiconorm
De renterisiconorm is om renterisico’s te beperken en is wettelijk 30% van het begrotingstotaal. Voor 2026 betekent dit een renterisiconorm van € 99,1 miljoen.
Op basis van de huidige leningenportefeuille bedragen in 2026 de aflossing en het leningenbedrag voor renteherziening in totaal € 39,4 miljoen. Delfland zal in 2026 nieuwe financiering aangaan. Het plan van aanpak dat hier momenteel voor wordt opgesteld in samenwerking met een extern adviseur, zal bepalen of er ook afgelost wordt in 2026 op de nieuwe lening. Delfland blijft in 2026 ruimschoots binnen de vastgestelde renterisiconorm.
Ook meerjarig blijven we binnen de vastgestelde renterisiconorm.
4.2.1.1 Tabel: Renterisiconorm
Begroting 2026 | Raming 2027 | Raming 2028 | Raming 2029 | Raming 2030 | |
|---|---|---|---|---|---|
Begrotingstotaal | 330.246 | 336.032 | 340.938 | 353.568 | 371.997 |
Percentage | 30% | 30% | 30% | 30% | 30% |
Renterisiconorm | 99.074 | 100.810 | 102.281 | 106.070 | 111.597 |
Renteherzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Aflossingen | 39.433 | 49.194 | 50.457 | 53.350 | 54.851 |
Renterisico | 39.433 | 49.194 | 50.457 | 53.350 | 54.851 |
Ruimte onder RRN | 59.641 | 51.616 | 51.824 | 52.720 | 56.746 |
Derivaten
Het Treasurystatuut van Delfland staat het afsluiten van derivatencontracten niet toe.
Kredietrisico op uitgezette gelden
Delfland loopt geen risico; het waterschap moet verplicht schatkistbankieren. Dus wij zetten eventuele overtollige liquide middelen bij het Rijk uit. Het risico is nihil.
Koersrisico
Delfland loopt geen risico. De in bezit zijnde aandelen zijn niet verhandelbaar op de beurs.
Valutarisico
Delfland loopt geen risico, omdat we niet handelen en betalen in vreemde valuta.
Kasbeheer
Rekening-courant
Vanwege de lage rekening-courantrente maakt Delfland bij de huisbankier Nederlandse Waterschapsbank (NWB) in 2026 zo nodig maximaal gebruik van de toegestane kredietlimiet van € 76,0 miljoen.
Waterschap financiering
Totaal financiering
Delfland gaat voor het aantrekken van financiering uit van de totale vermogensbehoefte. We zorgen er daarbij voor dat we te allen tijde aan onze betalingsverplichtingen kunnen voldoen.
Op dit moment is de voorbereiding van de Vergulde Hand in volle gang. In deze begroting en het daaraan gekoppelde meerjarenbeeld is rekening gehouden met de uitgangspunten van het gekozen voorkeursalternatief (VKA) 2025. Dit werken we uit en de definitieve investeringsbeslissing volgt in het 2 e kwartaal van 2026.
4.2.1.2 Tabel: Leningenportefeuille
Bedragen * € 1 miljoen | ||||||||||
Bank | Bedrag | Soort | Jaar | Jaar | Rente | 2026 Rente | 2027 Rente | 2028 Rente | 2029 Rente | 2030 Rente |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
NWB | 20,0 | Fixe | 2005 | 2026 | 3,87% | 0,7 | - | - | - | - |
NWB | 30,0 | Fixe | 2006 | 2031 | 4,05% | 1,2 | 1,2 | 1,2 | 1,2 | 1,2 |
NWB | 10,0 | Fixe | 2007 | 2032 | 4,59% | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 |
NWB | 20,0 | Fixe | 2007 | 2032 | 4,75% | 0,9 | 0,9 | 0,9 | 0,9 | 0,9 |
NWB | 10,0 | Fixe | 2007 | 2032 | 4,82% | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 |
NWB | 10,0 | Fixe | 2008 | 2033 | 4,78% | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 |
NWB | 10,0 | Fixe | 2008 | 2033 | 4,74% | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 |
NWB | 30,0 | Fixe | 2008 | 2033 | 4,88% | 1,5 | 1,5 | 1,5 | 1,5 | 1,5 |
NWB | 200,6 | Termijn aflossing | 2009 | 2036 | 4,80% | 9,6 | 8,9 | 7,6 | 6,2 | 4,8 |
NWB | 10,0 | Fixe | 2007 | 2037 | 4,81% | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 |
NWB | 50,0 | Fixe | 2009 | 2039 | 2,66% | 1,3 | 1,3 | 1,3 | 1,3 | 1,3 |
Subtotaal: | 400,6 | - | - | - | 0 | 17,7 | 16,3 | 15,0 | 13,6 | 12,2 |
NWB-PPS | 114,8 | Lineair | 2016 | 2031 | 4,62% | 5,3 | 4,3 | 3,3 | 2,2 | 1,0 |
Totaal | 515,4 | - | - | - | 4,46% | 23,0 | 20,6 | 18,3 | 15,8 | 13,2 |
In totaal bedraagt de langlopende geldleningenportefeuille ultimo 2025 € 515,4 miljoen. Het gemiddelde rentepercentage van deze geldleningen is 4,46%. De portefeuille bestaat uit leningen voor de herfinanciering van de PPS uit 2016 en leningen voor de overige eigen activa. De PPS-lening is per 1 januari 2026 € 114,8 miljoen groot en loopt nog tot en met 2032; hierop lossen wij elk jaar circa € 20 miljoen af.
De overige leningen hebben per 1 januari 2026 een omvang van € 400,6 miljoen. De individuele leningen lost Delfland elk jaar voor het eind van de looptijd ineens af. Hierop is één uitzondering: de lening van € 200,6 miljoen die in 2036 afloopt, lossen wij in zeven termijnen af (zes keer € 28,5 miljoen en een slottermijn van € 29,6 miljoen) met een ritme van 2028-2031 en 2034-2036.
In de periode 2026-2030 bedragen de aflossingen op de overige leningen in totaal € 134 miljoen. De overige € 267 miljoen lost Delfland af in de periode 2030-2039.
Momenteel zijn wij met een onafhankelijk financieel adviseur bezig om een financieringsplan op te stellen om in onze financieringsbehoefte te voldoen. Wij verwachten in het najaar van 2025 dit plan gereed te hebben. We houden rekening met een nieuwe leningen de komende jaren, waarvan de eerste tranche van € 50 miljoen eind 2025 wordt afgenomen. Zie paragraaf 5.2.1 voor de meerjarige balans en de verwachte ontwikkeling van onze schuldpositie.
Netto schuldquote
Het verloop van de NSQ geven we hierna weer in zowel tabelvorm als grafiekvorm (van 2024 tot en met 2030). De NSQ ligt in 2026 onder de norm van 250%. Door de sterk toegenomen liquiditeitsbehoefte als gevolg van de investeringen in onder andere De Vergulde Hand, trekt Delfland aanvullende leningen aan. In 2027 stijgt de NSQ daardoor naar ongeveer 209%. De stijging in de NSQ zet zich in de jaren daarna voort.
4.2.1.3 Tabel: Netto Schuld Quote
Netto schuldpositie per 31-12 Bedragen * € 1 miljoen | Rekening 2024 | Begroting 2025 | Begroting 2026 | Raming 2027 | Raming 2028 | Raming 2029 | Raming 2030 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Leningen PPS | 134,6 | 114,8 | 95,4 | 74,7 | 52,7 | 27,9 | 1,5 |
Overige leningen | 430,6 | 450,6 | 428,1 | 647,1 | 803,6 | 900,1 | 986,6 |
Rekening-courant | -70,3 | -38,6 | -4,3 | -15,6 | -37,1 | -0,8 | -5,5 |
Vlottende activa/passiva | 37,1 | 5,0 | 10,0 | 10,0 | 10,0 | 10,0 | 10,0 |
Totaal netto schuldpositie | 532,0 | 531,8 | 529,2 | 716,1 | 829,2 | 937,2 | 992,6 |
Waterschapsbelastingen + Grensoverschrijdend afvalwater | 306,3 | 313,5 | 334,7 | 354,3 | 375,1 | 395,9 | 413,6 |
Netto schuldquote | 171% | 170% | 158% | 202% | 221% | 237% | 240% |
De netto schuldpositie is de som van de langlopende leningen, het saldo van kortlopende vorderingen en -schulden (vlottende activa/passiva) en het rekening-courant saldo. Eind 2025 wijzigt naar verwachting het rekening-courant saldo van positief naar negatief. Dit heeft een verhogend effect op de netto schuldpositie. We veronderstellen dat het negatieve saldo wordt gefinancierd door middel van langlopende leningen.
Vanwege de liquiditeitsbehoefte zijn we in 2024 gestart met het voeren van oriënterende gesprekken met banken en andere geldschieters. Op basis van deze gesprekken en de ontwikkelingen in 2025 hanteren we in de meerjarenraming 2026-2030 een rente van 3,75% voor nieuwe leningen. Dat is 0,50% hoger dan waar we in 2025 van uitgingen.
4.2.1 .4 Grafiek: Verloop Netto Schuld Quote
|
|---|
Bovenstaande lijngrafiek geeft de procentuele ontwikkeling weer van de netto schuldquote vanaf 2024 tot en met 2030 en is bovenstaand reeds toegelicht.
EMU-saldo
Op basis van de Begroting 2026 en Meerjarenraming 2027-2030 geven we in de volgende wettelijk voorgeschreven tabel de ontwikkeling van het EMU-saldo weer. In deze tabel nemen we ook de individuele referentiewaarde op van het EMU-saldo voor Delfland over de periode 2024-2030.
4.2.1 .5 Tabel: EMU-saldo
Opbouw EMU-saldo | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2029 | 2029 | 2030 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Exploitatiesaldo voor bestemming | 23,6 | 12,4 | 20,2 | 34,1 | 50,1 | 58,4 | 57,8 |
Invloed investeringen | |||||||
Bruto-investeringsuitgaven | -31,6 | -51,5 | -57,6 | -265,1 | -211,3 | -214,0 | -160,8 |
Investeringsbijdragen | 1,0 | - | - | - | - | - | - |
Verkoop van materiële en immateriële vaste activa | 0,6 | 0,2 | 0,2 | 0,2 | 0,2 | 0,2 | |
Afschrijvingen | 39,5 | 39,4 | 40,0 | 44,0 | 48,1 | 47,6 | 47,6 |
Toevoegingen aan voorzieningen ten laste van de exploitatie | 1,2 | - | - | - | - | - | - |
Onttrekkingen aan voorzieningen ten gunste van de exploitatie | -0,3 | - | - | - | - | - | - |
Onttrekkingen rechtstreeks uit voorziening | - | - | - | - | - | - | - |
Deelnemingen en aandelen | |||||||
Boekwinst | |||||||
Boekverlies | |||||||
Totaal EMU-saldo | 33,4 | 0,8 | 2,8 | -186,8 | -112,8 | -107,8 | -55,2 |
EMU-referentiewaarde | -50,3 | -52,6 | -52,7 | -54,8 | -56,9 | -59,0 | -77,8 |
In 2027, 2028 en 2029 komt het EMU-Saldo onder de referentiewaarde uit. Dit komt met name door investeringen in De Vergulde Hand. Het onder de referentiewaarde komen, heeft geen gevolgen voor Delfland en de waterschapsector. Overschrijding van de referentiewaarde heeft pas gevolgen als we landelijk een EMU-tekort hebben en aan lokale overheden is verzocht om iets aan onze EMU-saldo te doen. Dat is momenteel niet aan de hand.

